Polyvinylalcohol (PVA) moet worden opgeslagen op een manier die rekening houdt met alle omgevingsfactoren die het materiaal kunnen beïnvloeden. Polyvinylalcohol moet worden opgeslagen in een droge ruimte met bij voorkeur temperaturen tussen 5 graden Celsius en 25 graden Celsius of 41 graden Fahrenheit tot 77 graden Fahrenheit. Ook moet de luchtvochtigheid worden gecontroleerd, omdat te veel vocht kan leiden tot klontering en degradatie. Gebruik luchtdichte containers om PVA te beschermen tegen vocht en andere onzuiverheden. Stel de PVA ook niet bloot aan zonlicht, omdat dit de chemische stabiliteit van de polyvinylalcohol kan beïnvloeden. Naleving van deze richtlijnen zal ervoor zorgen dat PVA functioneel is voor een aantal toepassingen, variërend van industriële toepassingen tot consumenten toepassingen.